Bekoelde liefde

U hebt uw eerste liefde verlaten”. (Openbaring 2: 3)

Het geloofsleven verloopt vaak golvend: soms ervaar je je dichtbij God, soms lijk je Hem maar niet te kunnen vinden of vlieg je te veel mee in de sleur van alledag… En langzamerhand raakt je liefde bekoeld. Dit zal van alle tijden zijn, vermoed ik, omdat ook Openbaring hiervan spreekt: “En u hebt moeilijkheden verdragen, en volharding getoond. Om Mijn Naam hebt u zich ingespannen en u bent niet moe geworden. Maar Ik heb tegen u dat u uw eerste liefde hebt verlaten. Bedenk dan van welke hoogte u bent gevallen en bekeer u en doe de eerste werken. Maar zo niet, dan kom Ik spoedig bij u en zal uw kandelaar van zijn plaats wegnemen, als u zich niet bekeert.
Wie oren heeft, laat hij horen wat de Geest tegen de gemeenten zegt. Wie overwint, hem zal Ik te eten geven van de Boom des levens, die midden in het paradijs van God staat.”  (Openbaring 2: 3-6 en 7)

Onderstaand gedicht is gebaseerd op de tekst over het verlaten van “uw eerste liefde”, over wat je dan mist, maar vooral ook over bekering en terugkeer. Én over de belofte van iets moois!

Als de liefde bekoelt,
omdat je hoort, ziet, maar niet luistert
doordat je struikelt, valt, verzwikt

Als de liefde bekoelt,
omdat je viert, feest, maar niet verbindt
doordat je sluimert, twijfelt, maar niet zoekt

Als de liefde bekoelt,
omdat je holt, vliegt, maar niet landt
doordat je verkleumd, verstart, versteend

Als de liefde bekoelt,
Waar kan ik dan nog schuilen?
Waar kan ik dan nog stilletjes, schreeuwend huilen?
Waar vind ik dan nog Licht?

Als de liefde bekoelt,
Maak mijn lauwheid vurig
Maak mijn smakeloosheid zout
Maak mijn duister licht

Als de Liefde je vervult,
Dan klinkt de overwinning:
Proef de goedheid, de volheid van de levensboom
Dank dat Uw Liefde nooit bekoelt!

Wietske

 
terug